Bij verhuur van een onroerende zaak berekent de verhuurder soms ook servicekosten. Over de vraag of over deze servicekosten wel of geen btw berekend moet worden, heeft de staatssecretaris nieuw beleid bekendgemaakt.
Servicekosten
Bij servicekosten gaat het bijvoorbeeld om kosten van schoonmaak en reparaties en huisvuilverwijdering, maar ook bijvoorbeeld om het ter beschikking stellen van een alarmsysteem.
Naast servicekosten berekent een verhuurder soms ook kosten door nutsvoorzieningen zoals de levering van gas, water, elektriciteit, warmte en koude (bijvoorbeeld via een WKO, een Warmte Koude Opslaginstallatie).
Afzonderlijke prestatie of opgaan in verhuur
Om te beoordelen of over de servicekosten wel of geen btw berekend moet worden, moet eerst vastgesteld worden of de servicekosten een afzonderlijke prestatie vormen of opgaan in de verhuur van de onroerende zaak. Bij een afzonderlijke prestatie zal over het algemeen btw berekend moeten worden. Gaan de servicekosten op in de verhuur, dan zal de btw afhangen van de vraag of de verhuur btw-belast of btw-vrijgesteld is.
Beleid tot en met 2023
In het beleid van de staatssecretaris dat in 2013 bekendgemaakt werd en dat gold tot en met 2023, was opgenomen dat servicekosten in de zakelijke vastgoedbranche en bij commerciële verhuuractiviteiten van woningbouwcoöperaties (niet zijnde de verhuur van woningen) meestal afzonderlijke prestaties zijn en daarom veelal belast zijn met btw.
Over servicekosten die aan huurders van woningen in rekening worden gebracht was opgenomen dat deze meestal opgaan in de verhuur en daarom veelal vrijgesteld zijn van btw. Alleen servicekosten voor klein onderhoud dat voor rekening en risico van de huurder komt (bijvoorbeeld onderhoud deurbel, brievenbus, deurkrukken en dergelijke) gaan niet in de verhuur op en zijn daarom btw-belast.
Beleid vanaf 2024
In het beleid vanaf 2024 is jurisprudentie verwerkt die na 2013 verschenen is. Uit deze jurisprudentie volgt dat de prestaties waarvoor de servicekosten berekend worden, afzonderlijke prestaties zijn als de huurder zelf kan kiezen wie de dienst verricht en/of als de huurder zelf kan beslissen in welke mate hij de goederen en diensten afneemt.
Nutsvoorzieningen vanaf 2024
Zo is in het nieuwe beleid opgenomen dat bij levering van een nutsvoorziening in ieder geval sprake is van een afzonderlijke prestatie als de huurder vrij zijn gebruik van de nutsvoorziening kan bepalen. Belangrijke aanwijzingen daarvoor zijn een individuele meter en de facturatie aan de hand van werkelijk gebruik. Dit nieuwe beleid geldt overigens niet alleen voor de zakelijke vastgoedbranche maar ook voor de verhuur van woningen.
Servicekosten vanaf 2024
Met betrekking tot servicekosten is in het nieuwe beleid opgenomen dat sprake is van een afzonderlijke prestatie als elke huurder afzonderlijk of de huurders gezamenlijk kunnen kiezen wie de dienst aan hen verricht en als deze dienst als een afzonderlijke post op de factuur is vermeld.
En nu?
De regels zijn niet eenvoudig. Wij kunnen ons voorstellen dat u twijfelt wat in uw eigen situatie van toepassing is. Neem daarvoor contact met onze adviseurs op zodat we samen uw situatie kunnen beoordelen. Gelukkig staat de staatssecretaris toe dat u nog tot 1 januari 2025 het oude beleid toepast. Berekent u nu dus wel of geen btw op grond van het oude beleid, dan mag u dat in 2024 continueren.
Deel dit bericht: